Folly STEENTIJD – Mensingeweer

Naast de N361 ter hoogte van de rotonde bij Mensingeweer staat Folly Steentijd. In één enkel beeld worden twee belangrijke tijdvakken uit de geschiedenis van Groningen weergegeven: de Middel- eeuwen en de Industriële revolutie. Beide tijdvakken zijn erg belangrijk geweest in de ontwikkeling en welvaart van Groningen, waarbij een prominente rol is weggelegd voor een typisch Groninger grondstof: klei.

Het kunstwerk is een eerbetoon aan gebakken klei en de grote rol die het speelde in de welvaart en opbloei van Groningen.

Hoewel het beeld in zijn nabijheid ongrijpbaar is, een abstracte ruïne, ziet de voorbijganger vanuit beide rijrichtingen (N361) een sterk en iconisch beeld dat zo typerend is voor Groningen. Vanuit Winsum rijst een archetypische middeleeuwse kerk op aan de horizon.

Vanuit Lauwersoog verschijnen de contouren van een zo herkenbare steenfabriek uit de 19e eeuw. Naarmate men vanuit beide richtingen het beeld nadert verandert het, blijkt het vergankelijk en steeds meer vervallen, tot enkel een herinnering overblijft. Men kan letterlijk de voorbije eeuwen van dichtbij niet aanraken…

De ‘folly’ ontstond in de 18e eeuw in Romantische Engelse- en Franse landschapstuinen, waar men lege en ‘nutteloze’ gebouwen plaatste, vaak in de vorm van een ruïne, om de beleving het aanzien van het tuinontwerp te verhogen. De Folly van Groningen ziet de provincie als die romantische tuin, en wil haar rijke geschiedenis eren.

situatie

Middeleeuwen

Met de komst van de monniken naar deze streek werd nieuwe kennis ingebracht die van grote betekenis zou zijn voor de regio. Het betrof de kennis van het bakken van stenen uit klei.

Zo werd de zogenaamde kloostermop geïntroduceerd. Vanaf dit moment kon men van lokaal beschikbare grondstof stenen maken om kloosters, vestigingen, steenhuizen en kerken mee bouwen. Tot op dat moment werd steen aange- voerd uit bijv. Duitsland (tufsteen), of lokaal gevonden zwerfkeien gebruikt en zelfs hunebedden werden gerecycled.

Met de introductie van steenovens en de eerste productie van gebakken stenen werd het mogelijk dat er grote kloostergemeenschappen ontstonden en in nagenoeg ieder dorp in Groningen een middeleeuwse kerk verrees. De typische contouren van veel van deze

middeleeuwse bouwwerken sieren nog steeds de horizon van de provincie en herinneren ons aan een keerpunt in de regionale geschiedenis, waar de grond- slag werd gelegd voor een groeiende welvaart die het gebied tot verdere ontwikkeling bracht.

Industriële revolutie.

Produceren van bakstenen was tot in de loop van de 19e eeuw een ambachte- lijk proces, met handmatig gevormde stenen en lokale (hout gestookte) ovens. Hoewel er op deze manier in die tijd al ongeveer 12 miljoen stenen werden gebakken bleek dit aantal toch ontoe- reikend om te voldoen aan de toene- mende vraag voor woningbouw en publieke voorzieningen. De sterke groei van de bevolking vroeg om meer.
Om aan deze vraag te kunnen voldoen bleek mechanisatie noodzakelijk. Onder invloed van de industrialisatie mechaniseerde het productieproces stap voor stap. Eerst werd het vormen van de klei gemechaniseerd, maar al snel volgenden andere facetten van het productieproces en transport.
In 1876 produceerden de Groninger steenfabrieken ongeveer 60 miljoen stenen per jaar en telde de provincie ongeveer 80 steenfabrieken.
Aan deze glorietijd herinneren ons alleen nog enkele pijpen en vervallen loodsen in het landschap.waarbij verhouding en geometrie een belangrijke rol spelen.

Dit kunstwerk verwelkomt en biedt onderdak aan diverse soorten fauna, met inbegrip nestkasten voor mussen, gierzwaluwen en spreeuwen. Daarnaast zijn er openingen, zoals stootvoegen voor vleermuizen, en geboorde gaten die speciaal zijn gecreëerd om insecten zoals wilde bijen een veilige haven te bieden.

Project N361 Wad tot Stad

Opdrachtgever Provincie Groningen & House of Design
Aannemer: Macadam
Ingenieursbureau: Nepocon
Metselaars: Keizer Staingoud
Verlichting: Lichtpunt

Animatie aanrijpunten

Nieuws:

Meer info: